Rechter aanvaardt flexibele parkeernormen met MaaS
85 procent afslag op de parkeereis (!): de rechter keurde het goed. De afslag werd mogelijk door een mix van maatregelen: de nabijheid van ov-voorzieningen en de inzet van extra fietsparkeerplaatsen, deelauto’s en MaaS. Het Rotterdamse parkeerbeleid met een grote mate van flexibiliteit maakt dit mogelijk en de rechter ging erin mee.
[Dit artikel verscheen eerder in Vexpansie 2020-2 | Tekst Maaike de Wit]
De eerste rechtbankuitspraak over de inzet van MaaS is een feit. Het ging hierbij om het Rotterdamse parkeerbeleid 2018 met veel flexibiliteit in de parkeernormen. Het beleid bevat namelijk verschillende mogelijkheden om af te kunnen wijken van de standaard-parkeernorm, waaronder voor sociale huurwoningen, voor bouwprojecten nabij ov-voorzieningen, bij de inzet van extra fietsparkeerplekken en bij de inzet van deelauto’s en Mobility as a Service (MaaS). Hiermee stuurt de gemeente actief op verlaging van het autobezit. In de woorden van de rechtbank: “Het is de bedoeling om de auto minder dominant aanwezig te laten zijn en om parkeren op maaiveld te veranderen in parkeren in garages zodat een betere balans in de buitenruimte ontstaat tussen groen enerzijds en parkeren anderzijds. Omdat het doel van de beleidsregeling is om auto’s zo veel mogelijk uit de binnenstad te weren voorziet de beleidsregeling in de mogelijkheid om op de parkeereis kortingspercentages toe te passen, wanneer wordt voldaan aan bepaalde vereisten, en op grond daarvan kan worden aangenomen dat sprake zal zijn van minder autobezit.”
Het project POST: verlaging > 85 procent
Van een aantal van deze flexibele parkeernormen was gebruik gemaakt bij de vergunningverlening voor het project POST in Rotterdam, dat voorziet in de nieuwbouw en herontwikkeling van het monumentale postkantoor aan de Coolsingel tot woningen, een hotel en commerciële voorzieningen. Volgens de reguliere normen zou de parkeereis 228 autoparkeerplaatsen (pp) moeten zijn. Door de toepassing van verschillende kortingsmogelijkheden werd deze eis verlaagd tot 32 pp, dus een verlaging met meer dan 85 procent, namelijk:
- Een verlaging met 40 procent vanwege de nabijheid van ov;
- Een verlaging met 10 procent vanwege 46 extra fietsparkeerplekken in de collectieve fietsenstalling;
- Een verlaging met 20 procent vanwege de inzet van deelauto’s;
- Een verlaging met 20 procent vanwege het aanbieden van MaaS.
Bij de rechter
In de beroepsprocedure bij de rechter ging het met name om de deelauto’s en de MaaS-faciliteit. Door de tegenstanders werd gesteld dat het hierbij om dezelfde deelauto’s zou gaan, dus dat deze kortingen niet gelijktijdig zouden mogen worden toegepast. De rechtbank oordeelt echter dat het niet om dezelfde deelauto’s gaat en verwijst daarbij naar de uitleg/beschrijving in het Rotterdamse beleid. Ook oordeelt de rechtbank dat de gemeente niet hoeft te betwijfelen of MaaS wel toekomstbestendig is omdat het gebruik van de elementen waaruit MaaS bestaat (ov, deelauto’s, elektrische scooters) alleen maar toeneemt.
Verder werd aangevoerd dat de beschikbaarheid van deze parkeervoorzieningen niet gedurende tien jaar was verzekerd. Daarmee had men op zich wel een punt, maar dat werd opgelost doordat de gemeente tijdens de beroepsprocedure alsnog hiervoor een voorwaarde aan de vergunning had verbonden. Die voorwaarde hield in dat de woningen alleen maar mogen worden gebruikt op voorwaarde dat de deelauto’s en de MaaS-faciliteit beschikbaar zijn. De rechtbank oordeelde hierover verder nog dat de gemeente deze vergunningsvoorwaarde prima kan handhaven door te controleren of er overeenkomsten zijn gesloten en worden aangeboden.
Praktijk
Het Rotterdamse parkeerbeleid doorstaat dus de toets van de rechtbank. Voor de praktijk zeer interessant, nu steeds meer gezocht wordt naar mogelijkheden om het aantal parkeerplaatsen en/of het gebruik van auto’s te reduceren. Flexibiliteit in parkeernormen – ook als dat tot een forse korting op de parkeereis van meer dan 85 procent leidt – kan de rechterlijke toets doorstaan. Dit vereist dan wel een goede beleidsmatige onderbouwing en borging in de vergunningsvoorwaarden, maar de belangrijke les is dus dat flexibiliteit in parkeernormen geen juridisch struikelblok hoeft te zijn.
Vindplaats uitspraak: ECLI:NL:RBROT:2020:1780.
MAAIKE DE WIT, advocaat partner, Straatman Koster Advocaten
Bekijk meer artikelen
30 jaar fiscalisering deel 2
In dit artikel komt het besluit parkeerbelasting dat bij de wetswijziging van de gemeentewet hoort aan de orde en worden de belangrijkste wijzigingen daarin toegelicht.
Lees meerParkeren in het buitenland: zoeken naar parkeerplek lastigst
Het vinden van een parkeerplek blijkt in het buitenland een lastig karwei. 44 procent parkeert soms tot heel vaak op plekken zonder te weten of dat mag.
Lees meerEPA-2022 Congres
Van 12 -14 september is het EPA-Congres in Brussel. Vexpanleden krijgen korting op de toegang.
Lees meerMaaS: hoe regel je dat in een bestemmingsplan?
Mobility as a Service wordt steeds vaker ingezet als (gedeeltelijke) oplossing voor de parkeervraag van een nieuwbouwlocatie. Hoe dit juridisch moet worden geregeld in een bestemmingsplan levert nog wel eens vragen op. Vrijwillige deelname blijkt een risico.
Lees meerBolt biedt Enschede elektrische deelfietsen met alcoholslot
Mobiliteitsplatform Bolt kiest voor Enschede met de start van het aanbieden van elektrische deelfietsen in Nederland. Bijzonder detail: de fietsen zijn voorzien van een alcoholslot. Een van de veiligheidsmaatregelen dat het bedrijf uit Estland biedt.
Lees meerHub naar een regionale aanpak!?
Er verschijnen steeds meer visies en strategieën met betrekking tot mobiliteitshubs en deelmobiliteit. Welke rol heeft de overheid hierin en wat kunnen we aan de markt overlaten?
Lees meer