Hoeveel parkeerplaatsen zijn er in Nederland?
Mario van Ginkel, Sales Manager bij Triflex heeft de volgende vraag aan het Vexpan Expertteam voorgelegd.
Vraag aan Vexpan Expertteam
Is er een overzicht te geven van de omvang van de parkeermarkt / totale parkeercapaciteit in Nederland?
Antwoord aan Triflex
Er zitten nogal wat haken en ogen aan een inschatting van het totaal aantal parkeerplaatsen in Nederland. Zo is de scheiding tussen openbare en particuliere (gereserveerde) parkeerplaatsen niet altijd duidelijk, is soms niet altijd duidelijk of er in bepaalde situaties wel of niet langs de rand van de weg geparkeerd mag worden, en of dat dan ook voor beide zijden van de weg geldt, en zo voort.
Een uitspraak over het totaal aantal parkeerplaatsen in Nederland zal dan ook altijd niet meer dan een raming kunnen zijn. Waar parkeren gereguleerd is zal veelal een nauwkeuriger beeld kunnen worden geschetst, bij ramingen van de parkeermogelijkheden buiten de bebouwde kom van steden en dorpen zal dat veelal niet meer dan een educated guess kunnen zijn.
Eerste inschatting
Een eerste inschatting van het Nederlandse parkeerareaal in deze eeuw is uitgevoerd door IOO (Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven) in 2002 (Parkeren in Nederland, Omvang, kosten, opbrengsten, beleid; Koos van Dijken, Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven IOO, Zoetermeer, 2002.) Het onderzoek van IOO was gebaseerd op gegevens uit het jaar 2000, en kwam uit op een totaal aantal openbare parkeerplaatsen in Nederland van 8,9 miljoen. Deze raming is gebaseerd op globale empirie, en is met een grote marge omgeven. Van het totaal aantal van 8,9 miljoen waren 1,7 miljoen (19%) op een of andere wijze gereguleerd, waarvan ongeveer 500.000 door middel van betaald parkeren. Het aantal openbare parkeerplaatsen in gebouwde parkeervoorzieningen ( Het gaat hier om openbare (publieke) parkeergarages, stallingsgarages bij woningen en bedrijven maken deel uit van de categorieën parkeren op eigen terrein, wonen en -,bedrijven.) bedroeg 162.000 (in 350 parkeergarages), ruim 1,5 miljoen openbare parkeerplaatsen waren te vinden op parkeerterreinen en circa 7,2 miljoen op en langs de straat. 19% van de plaatsen op parkeerterreinen en 58% van de plaatsen in parkeergarages was in privé-eigendom, de overige plaatsen, inclusief de openbare parkeerplaatsen op en langs de straat waren publiek eigendom (vooral gemeenten).
IOO raamde (met een ruime marge) het aantal privé parkeerplaatsen bij woningen op 1,2 miljoen, en het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein bij bedrijven op 2,4 miljoen.
Twaalf jaar later
Twaalf jaar later is door Peter Martens een hernieuwde raming opgesteld ( Omvang Nederlandse parkeermarkt 2014; Peter Martens, Vexpansie 2014.) In de periode van 2002 tot 2014 is de Nederlandse bevolking toegenomen met 6% tot 16,8 miljoen inwoners, het aantal huishoudens nam toe met 12%. Het aantal personenauto’s is in dezelfde periode zelfs gestegen met 28% tot meer dan 8 miljoen. Rekening houdend met de door het CBS geregistreerde toename van gemeentelijke baten uit het parkeren (van 362 miljoen euro in 2002 tot 727 miljoen in 2010), ten dele een gevolg van tariefontwikkelingen en ten dele vanuitbreiding van het betaald-parkeren areaal, is aan te nemen dat het aantal betaalde parkeerplaatsen is toegenomen met 7%. Daarnaast is sinds 2002 op veel plaatsen fiscalisering van het straatparkeren ingevoerd, en zijn parkeerschijfzones vervangen door betaald parkeren. Op basis van deze overwegingen komt Martens anno 2014 tot een schatting van circa 10 miljoen openbare parkeerplaatsen in 2014, waarvan circa 1,2 miljoen betaald parkeren. Ongeveer 225.000 parkeerplaatsen bevonden zich in ca 500 openbare parkeergarages.
Ervan uitgaande dat het aantal privé parkeerplaatsen bij woningen gelijke tred houdt met het aantal huishoudens leidt dat tot een raming van 1,4 miljoen privé parkeerplaatsen bij woningen in 2014. Aangenomen wordt dat het aantal parkeerplaatsen bij bedrijven gelijke tred heeft gehouden met de groei van het autopark, en aldus is toegenomen tot 3,0 miljoen in 2014.
In 2020 verscheen het boek Parkeren in het ruimtelijk domein. In paragraaf 1.3 Facts & figures gaat de auteur Ed van Savooyen onder meer in op de omvang van het Nederlandse parkeerareaal. Op basis van een extrapolatie van de data van IOO komt hij op een raming van
- Openbaar parkeren, namelijk 10,7 miljoen
- straatparkeren 8,6 mijoen
- parkeerterreinen 1,8 miljoen
- parkeergarages: 3 miljoen
- Parkeren Op Eigen Terrein, Wonen: 1.5 miljoen
- Parkeren Op Eigen Terrein, bedrijven 3.2 miljoen
Op ongeveer 1,5 miljoen van de totaal ruim 10 miljoen openbare parkeerplaatsen is het parkeren gereguleerd (door middel van betaald parkeren, parkeerschijfzones, vergunninghoudersparkeren, et cetera). Het aantal parkeerplaatsen in openbare parkeergarages werd geschat op 225.000 (vergelijkbaar met de raming van Peter Martens), waarvan iets meer dan de helft betaald parkeren. Daarenboven vindt men ook nog ca 50.000 parkeerplaatsen in parkeergarages bij ziekenhuizen.
Ook het KiM (Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid) verwijst naar de ramingen van Van Savooyen (Sturen in parkeren; Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, juni 2018.) Het totale aantal parkeerplaatsen in Nederland wordt door het KiM ingeschat op 14-18 miljoen parkeerplekken, waarbij voor de onderverdeling (met enkele geringe aanpassingen) wordt aangesloten bij de bovenstaande aantallen van Van Savooyen.
Het KiM gaat ook specifiek in op de 446 P+R locaties in Nederland, 354 bij treinstations en 92 bij ander openbaar vervoer (bron: KpVV/CROW). De capaciteit van de P&R-locaties is ruim 70.000 parkeerplaatsen.
Recent
Meer recent is door TNO het project Urban Tools Next II opgezet om gedragskeuzes na ingrepen in parkeercapaciteit in verkeersmodellen te integreren (Grip op parkeercapaciteiten – modelaanpak en data-analyse; M.S. van der Tuin, E. de Romph en M. Pieters, Colloquium Vervoerplanologisch Speurwerk, Utrecht, 2021. Zie ook: Parkeercapaciteiten in een verkeersmodel, Marieke van der Tuin, Vexpansie 1-2022 pagina 20.) Door het modelleren van (parkeer-) gedrag kan dan inzicht worden verkregen in reacties op bijvoorbeeld het verminderen van parkeercapaciteit. Kiest men dan voor een andere vervoerwijze, of wordt uitgeweken naar parkeerplaatsen op een grotere loopafstand (bijvoorbeeld een naburige wijk)? Daartoe wordt in het verkeersmodel, naast de reisweerstand van een verplaatsing met de verschillende vervoerwijzen, ook een factor voor de looptijd van parkeerplaats naar bestemmingsadres toegevoegd.
Om deze methode in verkeersmodellen daadwerkelijk (landelijk) toe te passen moeten alle beschikbare parkeerplaatsen in Nederland in de database van het model zijn ingevoerd. Een groot deel van de parkeerplaatsen op (openbare) parkeerterreinen is terug te vinden in de dataset Open Parkeerdata van het Nationaal Parkeer Register[4]. Andere parkeervakken zijn goed terug te vinden in de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Voor parkeerplaatsen op eigen terrein bij woningen en bedrijven is gebruikgemaakt van de Kadastrale BasisKaart en GIS-methodes. Tenslotte zijn voor ongemarkeerde parkeermogelijkheden langs de straat met behulp van het Nationaal Wegenbestand (NWB) ramingen van de parkeercapaciteit opgesteld.
Op basis van de gebruikte (GIS-)methodes wordt door TNO geschat dat er in totaal ongeveer 18.8 miljoen parkeerplaatsen in Nederland zijn, namelijk:
- Openbaar parkeren, parkeervakken & parkeergarages: 10.5 miljoen
- Parkeren Op Eigen Terrein, Wonen: 2.1 miljoen
- Parkeren Op Eigen Terrein, bedrijven 6.2 miljoen
In onderstaande figuur wordt een overzicht van de verschillende in dit artikel opgenomen ramingen gegeven.
Over het algemeen liggen de ramingen redelijk in dezelfde orde van grootte. Alleen de raming van het aantal privé parkeerplaatsen bij bedrijven van TNO ligt aanzienlijk hoger dan de andere bronnen. Mogelijk hangt dit samen met een andere methode om deze parkeerplaatsen in beeld te krijgen, nl. met de Kadastrale BasisKaart en toepassing van GIS. Ook interpretatieverschillen bij de parkeercapaciteit van verharde, niet ingedeelde, oppervlaktes bij bedrijven kunnen een rol spelen.
Bij de interpretatie van deze globale, landelijke totalen moet worden bedacht dat het aanbod aan parkeerplaatsen niet evenredig gespreid is over het land (Parkeerproblemen in woongebieden, oplossingen voor de toekomst; Ruimtelijk Planbureau (auteurs: Paul van de Coevering, Lotte Zaaijer, Kersten Nabielek, Daniëlle Snellen), Den Haag, 2008). Parkeervraag en-aanbod zijn niet altijd in evenwicht. De wijze waarop en de mate waarin bijvoorbeeld parkeervoorzieningen binnen de woonwijken zijn geïntegreerd is sterk afhankelijk van de bouwperiode en de ruimtelijke structuur van het woongebied. Ook het absorptievermogen van bestaande woongebieden om een eventuele toename van het parkeerareaal op te vangen is beperkt.
Conclusie
Geconcludeerd kan worden dat een raming van het totaal aantal parkeerplaatsen in Nederland niet meer kan zijn dan een globale schatting. Van de in totaal een kleine 20 miljoen parkeerplaatsen bevindt zich rond de 45% op eigen terrein (bij woningen en bedrijven). Ook een groot deel van de in totaal ruim 10 miljoen openbare parkeerplaatsen is niet gedetailleerd in beeld, alleen het aantal parkeerplaatsen waarop gereguleerd parkeren geldt is iets nauwkeuriger te bepalen. Dat geldt een totaal van circa 1,5 miljoen parkeerplaatsen, waarvan ongeveer 300.000 in parkeergarages in centrumgebieden en bij ziekenhuizen.
Bekijk meer artikelen
Winkelbestedingen en de vervoerwijze van klanten
De laatste tijd is de discussie over het belang van automobilisten, fietsers en voetgangers in winkelgebieden weer opgelaaid. Hoogste tijd dus om eens nader te kijken naar wát nu eigenlijk gemeten wordt in deze onderzoeken.
Lees meerGouda legt vier scenario’s betaald parkeren voor aan inwoners
De gemeente Gouda gaat eind oktober vier scenario’s voor invoering van betaald en vergund parkeren voorleggen aan de inwoners van Korte Akkeren en Kort Haarlem.
Lees meerOp steeds meer plekken betaal je om te parkeren, 'worsteling voor gemeenten'
Gisteren berichtte NOS Nieuwsuur over de ‘worsteling van gemeenten' over betaald parkeren en de parkeermythen. De datajournalist van Nieuwsuur benaderde Vexpan hoe hij de toename van betaald parkeren in Nederland in kaart kon brengen.
Lees meerNationaal Laadonderzoek 2024: elektrische rijder wil slim laden
Steeds meer elektrische rijders zien de voordelen van slim laden bij de laadpaal, zo blijkt uit Nationaal Laadonderzoek 2024. Het jaarlijkse onderzoek, dit jaar de vijfde editie, is het grootste landelijke onderzoek naar de meningen en ervaringen van elektrische rijders (EV-rijders).
Lees meerMaximumbedrag naheffingsaanslag parkeerbelasting 2025 vastgesteld
Per 1 januari 2025 mogen gemeenten maximaal € 78,80 in rekening brengen voor de kosten die zijn gemoeid met het opleggen van een naheffingsaanslag parkeerbelasting.
Lees meerVernieuwde whitepaper brandveiligheidsrisico’s parkeergarages onder gestapelde woningbouw
BBN heeft een vernieuwde versie uitgebracht van de whitepaper over brandveiligheidsrisico’s bij parkeergarages tot 1.000 m2 onder gestapelde woningbouw. De uitgave is gericht op gebouweneigenaren, appartementseigenaren en vastgoedbeheerders met een onderliggende parkeergarage tot 1.000 m2 oppervlakte.
Lees meerStel ook je vraag aan het Expertteam
Heb je ook een inhoudelijke vraag? Leg deze voor aan het Vexpan Expertteam via info@vexpan.nl.