Per 1 november 2023 is 2,6 procent van alle plekken in parkeergarages voorzien met laadinfrastructuur. Dat communiceert de Vexpan werkgroep CLIP in haar jaarrapportage 2023 dat tijdens de Vexpan Nieuwjaarsreceptie is gepresenteerd. Er zijn echter vijf uitdagingen die de ambities uit het convenant nadelig beïnvloeden. De werkgroep doet hiervoor aanbevelingen en geeft adviezen.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en Vexpan, Platform voor Parkeren in Nederland zetten zich gezamenlijk in voor voldoende laadinfrastructuur in publiek toegankelijke parkeergarages. Zowel kwantitatief als kwalitatief. Dit is afgesproken in het in maart 2021 ondertekende Convenant Laadinfrastructuur in Parkeergarages (CLIP). Ter ondersteuning van de ambities is de CLIP werkgroep opgericht. Met vertegenwoordiging vanuit het ministerie, de publieke en private exploitanten.
Tussenstand ambities convenant
De ambities benoemd in het convenant gaan uit van het in 2025 voorzien van 5 procent van alle plekken in parkeergarages met laadinfrastructuur. In 2030 moet dit 10 procent zijn. Per 1 november 2023 werden in totaal 4016 laadpunten op 152.497 parkeerplaatsen geteld bij exploitanten en gemeenten voor parkeerobjecten waar EV-laadinfrastructuur is aangebracht. Dat komt overeen met 2,6% ten opzichte van het aantal parkeerplaatsen. Er moet worden opgemerkt dat de totale dataset 256.118 bedroeg en er nog vele parkeervoorzieningen niet zijn uitgerust met EV-laadinfrastructuur.
Vijf uitdagingen ambities
In 2023 onderzocht de werkgroep een aantal uitdagingen die de ambities nadelig beïnvloeden. Deze uitdagingen zijn:
1) wet- en regelgeving
2) brandveiligheid
3) netcapaciteit
4) verzekerbaarheid
5) investeringen en data
In haar jaarrapportage doet de werkgroep CLIP voor deze vijf onderdelen een aantal adviezen en aanbevelingen opgenomen. In 2024 wordt aansluiting gezocht met relevante externe partijen en belangengroepen die de Vexpan leden kunnen helpen met de vijf genoemde uitdagingen.