Deelauto’s en de rechter
‘Hoe denkt de rechter over de inzet van deelauto’s? Recent zijn er weer twee uitspraken gedaan, waarbij in één geval de rechter kritisch was’.
[Dit artikel verscheen eerder in Vexpansie 2021-4. | Tekst Maaike de Wit]
Het verlagen van de parkeereis vanwege de inzet van deelauto’s gebeurt steeds vaker en dus komen er ook meer rechterlijke uitspraken hierover. Twee voorbeelden hiervan waren rechterlijke uitspraken over een appartementengebouw in Zaanstad en een transformatieproject met drie woongebouwen in Gouda. Het project in Zaanstad haalde de eindstreep maar in Gouda greep de rechter in. Het ging om het volgende:
Zaanstad
Zaanstad (zaaknummer: ECLI:NL:RVS:2021:909
Voor het Zaanse project Zaanse Helden met 620 appartementen waren volgens de reguliere parkeernormen 718 parkeerplaatsen nodig. Vanwege onder meer de doelgroep, ligging, de nabijheid van het OV en de inzet van deelauto’s werd een parkeereis van 451 parkeerplaatsen gehanteerd. Tegen het bestemmingsplan en de vergunning werd beroep aangetekend door omwonenden. Zij voerden onder meer aan dat niet is verzekerd dat de inzet van deelauto’s succesvol zal zijn. Dit argument overtuigde de rechter niet. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (‘AbRvS’) oordeelde dat ook als de deelauto’s niet succesvol zouden zijn, er nog steeds voldoende parkeerplaatsen zouden zijn. Uit onderzoek naar de parkeervraag bij vergelijkbare appartementencomplexen in de directe omgeving was namelijk gebleken dat voor dit plan zou kunnen worden volstaan met 444 parkeerplaatsen, terwijl er 451 werden gerealiseerd. Ook zonder inzet van de 12 deelauto’s zouden er dus genoeg parkeerplekken zijn.
Belangrijk – zowel voor plannen met deelmobiliteit als voor andere plannen – is dat de AbRvS tevens overweegt dat als er toch parkeerproblemen zouden ontstaan, de gemeente alsnog een regime van betaald parkeren kan invoeren. Met andere woorden: er is als het ware een plan B, dit voor het geval de beoogde parkeeroplossing in de praktijk toch niet zou blijken te werken. Mede vanwege dit plan B / fall back scenario wordt het plan acceptabel geacht.
De tekst loopt door onder de foto
Gouda
Gouda (zaaknummer: ECLI:NL:RVS:2021:2403
In Gouda liep het minder goed af voor de gemeente, althans in eerste instantie, het ging hier namelijk om een uitspraak in voorlopige voorziening. Ook voor dit woningbouwproject was voorzien in deelauto’s, die door middel van Mobility as a Service (MaaS) werd ingezet. De voorzieningenrechter betwijfelde evenwel aan de werking hiervan, nu MaaS op vrijwillige basis werd aangeboden en daarmee bewoners mogelijk toch een eigen auto zullen hebben (en daarmee een parkeerplaats nodig zouden hebben). De voorzieningenrechter oordeelde als volgt:
‘Uit het mobiliteitsplan en het verweerschrift blijkt dat deelname aan MaaS – en ook het daaraan deel blijven nemen – is gebaseerd op vrijwilligheid. De kans bestaat daardoor dat minder bewoners dan verwacht van deze dienst gebruik zullen (blijven) maken en dat meer bewoners een eigen auto zullen hebben. Dat zou dan kunnen betekenen dat er meer parkeerplaatsen nodig zijn dan de 234 die zullen worden gerealiseerd. In het mobiliteitsplan staat weliswaar dat het gebruik zal worden gemonitord en er zonodig kan worden bijgestuurd, en de raad verwijst hier ook naar zijn verweerschrift, maar de vraag is of dit tot het gewenste resultaat zal leiden. De voorzieningenrechter wijst er daarbij op dat gelet op onder meer de toegekende bestemmingen, die parkeervoorzieningen mogelijk maken, en de toegestane maximale hoogte van de voorziene parkeerdekvoorziening niet is gebleken dat, indien meer bewoners dan verwacht een eigen auto zullen hebben, op eigen terrein meer dan 234 parkeerplaatsen kunnen worden gerealiseerd, terwijl het op eigen terrein voorzien in de parkeerbehoefte een uitgangspunt van het plan is.
De voorzieningenrechter betwijfelt daarom of het plan waar het betreft het op eigen terrein voorzien in de parkeerbehoefte van de voorziene woningbouwontwikkeling zorgvuldig is voorbereid en berust op een deugdelijke motivering.’
Voor de praktijk
Deze uitspraken laten zien dat wanneer MaaS en/of deelauto’s worden ingezet als onderdeel van de parkeeroplossing, het belangrijk is dat deelname aan MaaS en/of deelauto’s verplicht of in ieder geval aannemelijk moet zijn. Mocht daarover twijfel bestaan, dan kan het helpen om een Plan B / fall back scenario te ontwikkelen zodat ook wanneer MaaS en/of de deelauto’s onvoldoende effect blijken te hebben, er geen parkeerproblemen zullen ontstaan.
Maaike de Wit,
advocaat partner Straatman Koster Advocaten
Bekijk meer artikelen
Fiscale parkeerhandhaving met de menselijke maat
RTL Nieuws berichtte: ‘Jaarlijks honderden boetelawines door scanauto: aangepakt om een foutje’. Hoe zit dit? De redactie van Vexpansie geeft een algemeen beeld.
Lees meerHoeveel elektrische auto's kan de wereld aan?
Als iedereen elektrisch gaat rijden hebben we geen fossiele uitstoot meer, maar voor de productie van de batterijen en elektromotoren van die auto’s zijn veel grondstoffen nodig.
Lees meerOnbekend en onbemind: de Adviescommissie Toepassing Gelijkwaardigheid Bouwvoorschriften
Er is een tussenweg bij verschil van mening bij bouw of verbouw: advies vragen aan de Adviescommissie Toepassing Gelijkwaardigheid Bouwvoorschriften. Daar gaan we in dit artikel op in.
Lees meerDeelmobiliteit: zware motiveringsplicht bij ruimtelijke inpassing van projecten
In dit artikel zal uiteen worden gezet welke eisen de jurisprudentie stelt aan de inzet van deelmobiliteit.
Lees meerWat is nodig om parkeergarages seniorproof te maken?
Ouderen, maar ook anderen met beperkingen kunnen zich alleen goed verplaatsen als niet alleen de verkeersruimte rekening houdt met hun beperkingen maar ook parkeergarages.
Lees meerAantal parkeerplaatsen voor bezoekers bij woningen overgedimensioneerd
Is het gebruikelijke kengetal voor bezoekersparkeren van 0,3 parkeerplaatsen per woning nog wel actueel?
Lees meer