Fietsparkeren blijft achter bij fietsgebruik

Wim Bot heeft aan de basis gestaan van de Stichting FietsParKeur die de toetsing en certificatie van fietsparkeersystemen verzorgt en is betrokken bij de nieuwe ‘Leidraad Fietsparkeren’ van het CROW. Hij houdt zich namens de Fietsersbond bezig met landelijke beleidsbeïnvloeding zoals zaken die in de Tweede Kamer spelen, maar ook lokale dingen die boven het maaiveld uitsteken.

.

 

[Dit artikel verscheen eerder in Vexpansie 2020-4 | Tekst Jacob de Vries]

 

Vexpansie in gesprek met Wim Bot, medewerker nationale en internationale beleidsbeïnvloeding/policy officer national and international public affairs van de Fietsersbond.

 

Kun je iets vertellen over Fietsersbond   
‘De Fietsersbond is in 1975 opgericht. Die oprichting was vooral het gevolg van lokale protesten over de dominante autocultuur in de steden, verkeersonveiligheid en het idee dat de ANWB onvoldoende voor fietsers deed. De bond heeft 33.000 betalende leden en is in 150 gemeenten actief. Met 1.800 actieve vrijwilligers zijn we in veel plaatsen gesprekspartner met gemeentelijke ambtenaren en politici als het gaat over fietsinfrastructuur in brede zin en dus ook over fietsparkeren. Dit proberen we zo goed mogelijk te ondersteunen met een landelijk bureau met 25 medewerkers.’

 

Hoe staat het met die dominante autocultuur, 45 jaar later?
‘Het is interessant wat er gebeurt, de fiets heeft zeker de wind mee. Er zijn wel grote verschillen binnen Nederland. Enerzijds plaatsen waar het fietsen groeit, zoals de grote steden, anderzijds daling in andere delen door bevolkingskrimp en langere afstanden tot voorzieningen. Het beeld is gedifferentieerder dan mensen denken. Binnen de steden zie je al enorme verschillen. Rotterdam laat een enorme groei zien, in delen van Rotterdam-Zuid ligt het fietsgebruik echter nog op het niveau van Vlaanderen of Duitsland. Maar in het algemeen is er grotere aandacht voor het fietsen en groei van het fietsgebruik. Met alle gevolgen van dien. Ik zeg altijd: de steden hebben allemaal erg ingezet op fietsgebruik en dat levert ook resultaat op, maar de fietsparkeervoorzieningen zijn daar erg bij achtergebleven. Parkeren is van het begin af aan niet echt in het beleid geïntegreerd geweest. Met als gevolg dat als je nu gebouwde voorzieningen wil realiseren, ze peperduur zijn.’

 

Zie je verschil tussen de klassieke studentensteden en steden als den Haag en Rotterdam?
‘In Den Haag en Rotterdam is het fietsgebruik aanzienlijk lager, maar die zijn bezig met een inhaalslag. Het grote voordeel van Rotterdam is natuurlijk dat er veel ruimte is en het fietsparkeren minder als probleem wordt ervaren. Ze zijn ook gewoon makkelijker: als het nodig is pleuren ze wat nietjes neer, en weer verder. De fietsvlonder (een tijdelijke parkeervoorziening op een autoparkeerplaats) is natuurlijk een leuke innovatie. Den Haag had altijd al de Biesieklette-infrastructuur die lang voldeed, maar inmiddels is er in het centrum ook een tekort aan plekken.
We zijn trouwens heel blij dat de fietsberging sinds 2012 weer terug is in het Bouwbesluit. Daar hebben we echt voor gestreden. De norm daarin van 5 m2 is wel aan de krappe kant, zeker als je kijkt naar de elektrificatie van de fiets en het feit dat mensen vaak meer fietsen hebben. Ruimere normen voor bergingen in het Bouwbesluit is dan ook één van de onderwerpen die we willen oppakken in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen.’

 

Welke oplossingen zie je voor het aanpakken van het fietsparkeerprobleem?
‘Er wordt vaak gesproken over overlast van fietsparkeren, maar veel openbare ruimte gaat toch echt naar de geparkeerde auto. De discussie over de vraag van wie de openbare ruimte is en hoe die gebruikt kan worden mag wel wat meer worden gevoerd. Ik denk zeker dat in oudere woonwijken het model met buurtstallingen niet zo gek is. Je kunt ook leegstaande winkels gebruiken voor fietsparkeren. In Delft is een voormalige fietsenwinkel omgebouwd tot fietsparkeervoorziening.
Inpassing van zo’n voorziening luistert heel nauw. In de binnenkort uit te komen nieuwe ‘Leidraad Fietsparkeren’ (CROW) komt dit ook meer prominent naar voren. Ook FietsParKeur (toetsing en certificatie van fietsparkeersystemen) wil toe naar een systeem waarmee je niet alleen het individuele rek keurt maar ook de voorziening als geheel. Voor een organisatie met weinig slagkracht en beperkte financiële middelen was dit echter nog een brug te ver. Maar het idee leeft nog wel. Welke soort gebruikers gaat zo’n stalling hebben? Je kunt wel rekken hebben met FietsParKeur, maar als er veel elektrische fietsen parkeren kun je al geen etagerekken meer hebben. In een stalling in Nijmegen was bijvoorbeeld het vloeroppervlak te glad. Bij autoparkeergarages liggen alle technische specificaties vast, maar bij het fietsparkeren is dit allemaal nog minder ontwikkeld.’
Interessant is de ontwikkeling bij stations. Hoe de kwaliteit van stallingen daar verbetert is spectaculair. Architecten leren van elk vorig project. Nadenken over bewegwijzering, lichtinval, inpassing, het is allemaal een kwaliteitssprong van jewelste. Dat men fietsparkeren serieuzer gaat nemen, leidt weer tot een dynamiek waarin mensen duurdere fietsen gaan aanschaffen, minder bang zijn voor diefstal en beschadiging. Iets wat we altijd toegejuicht hebben. Stallingen helemaal vol met fietsen van 45 euro per stuk is geen goede zaak, ook niet voor verkeersveiligheid. In dat perspectief zie ik ook de discussie over betalen. Het begint met het aanbieden van een kwalitatief hoogstaand product waar mensen gebruik van willen maken. Nu aandringen op betaald fietsparkeren zonder dat daarvoor draagvlak is onder de gebruikers smoort die kwaliteitssprong in de kiem.’

 

Stichting FietsParKeur verzorgt de toetsing en certificatie van fietsparkeersystemen. Hoe werkt dat?
‘De FietsParKeur heeft gezorgd voor een behoorlijke kwaliteitsimpuls van rekken, maar de norm zelf was hoognodig toe aan actualisatie. Eén van de meest verkochte reksoorten wordt in stations goed gebruikt, maar bij supermarkten stonden de fietsen vooral tussen de rekken. Het bleek dat bezoekers met zware tassen de tilhoogte te zwaar vonden. Nu heeft dat rek wel het certificaat, maar toch voldoet het in bepaalde situaties niet. In de tweede versie van de FietsParKeur wordt boven op de basisnorm ook gekeken of het rek geschikt is voor kinderfietsen en afwijkende vormen. Als alles loopt kun je een goede keuzewijzer gaan vinden op site van FietsParKeur. Een gemeente of projectontwikkelaar die rekken wil plaatsen, kan criteria ingeven en je ziet of het gewenste rek hiervoor geschikt is.’

Jacob de Vries, Redactie Vexpansie

 

Tags

fietsparkeren fietsgebruik FietsParKeur fietsparkeersystemen

Bekijk meer artikelen

NEN 9120 helpt mensen met een beperking in een parkeergarage

De nieuwe norm NEN 9120, nu nog concept, lost een groot deel van de problemen op die mensen met een beperking ervaren in parkeergarages.

Lees meer

Is er nog plek voor de auto in onze centra?

Stadscentra worden autoluwer. Wat betekent dit voor de vitaliteit van de centra? Zijn het niet juist de bezoekers met de auto die geld in het laatje brengen? Goudappel deed onderzoek.

Lees meer

Raad Haarlem na referendum: parkeernota ingetrokken

De gemeenteraad van Haarlem heeft op 28 maart 2024 de uitslag van het parkeerreferendum besproken. De raad heeft besloten om de Nota Uitwerking parkeerregulering in te trekken.

Lees meer

Parkeerwachters van de Efteling sorteren auto’s op kleur

Een leeg parkeervak was dinsdag 12 maart niet het enige waar bezoekers van de Efteling naar moesten zoeken als ze met de auto aankwamen. Ze dienden dit keer tijdens het parkeren ook rekening te houden met de kleur van hun wagen. Dankzij een lollige actie van parkeerwachters kon een bijzondere luchtfoto worden gemaakt.

Lees meer

Duurzaam betononderhoud in parkeergarages

Nederland staat bekend om zijn innovatieve technieken op het gebied van beheer en onderhoud. Een van de minder bekende, maar uiterst belangrijke technologieën in deze sector is kathodische bescherming.

Lees meer

Wens gezamenlijke aanpak werkwijze juridische No Cure No Pay bureaus

Vexpan probeert samen met de vier grote steden verenigd in de G4, de Vereniging van Lokale Belastingen (LvLB) en de gemeentelijke belastingen kantoren de wet aangepast te krijgen ten aanzien van de proceskostenvergoeding voor parkeerbelastingen.

Lees meer
1 2 3 34