Een ESPA Award voor fietsparkeergarages?
Met de bouw van alweer een ondergrondse fietsstalling onder het Leidseplein in Amsterdam lijkt het realiseren van exclusieve parkeervoorzieningen niet meer voorbehouden aan de auto. Is het dan ook niet zo langzamerhand tijd voor een kwaliteitskeurmerk voor fietsparkeervoorzieningen?
[Dit artikel verscheen eerder in Vexpansie 2020-1 | Tekst en beeld Jacob de Vries]
Gebouwde voorzieningen voor fietsen, ze zijn er in alle soorten en maten. Van omgekatte autogarages tot gespecialiseerde ondergrondse ontwerpen. En hun aantal neemt toe. Niet alleen rond treinstations, ook in binnensteden verrijzen grote, vaak ondergrondse fietsstallingen. Soms wordt een leegstaande kelder in gebruik genomen, maar steeds vaker worden deze nieuw gebouwd. Niet zonder reden: om de openbare ruimte bovengronds vrij te houden zijn ondergrondse voorzieningen vaak de enige optie.
Inrichting
Het inpassen van zo’n voorziening is vaak niet eenvoudig. Niet alleen het bouwen zelf, maar ook de inrichting en inkadering van de nieuwe voorziening zijn aandachtspunten. Anders dan bij autoparkeerplaatsen moet bij die inrichting goed worden gekeken wie van de stalling gebruik zullen maken. Waar je bijna elke auto op een homogeen vakje van pakweg elf vierkante meter kwijt kan, is dat bij de fiets steeds minder het geval. De fiets heeft allang geen standaardvorm meer. Het aandeel afwijkende fietsen is inmiddels al voorbij 20 procent. Met alle accessoires en afwijkende modellen passen deze fietsen niet meer in de standaard rekken met 37,5 centimeter tussenruimte. Om nog maar te zwijgen over de bakfiets en de elektrische fiets. Een andere parkeerbehoefte betekent ook een andere inrichting van de stalling. Bij stations zal meer behoefte zijn voor parkeren en opladen van elektrische fietsen, rond winkelvoorzieningen moet weer gedacht worden aan extra ruimte voor krat- en bakfietsen.
Uitdagingen bovengronds
Bovengronds spelen er andere uitdagingen. Om parkeerders ertoe te brengen hun fiets in de stalling te parkeren zijn parkeermaatregelen nodig. In bijzondere gevallen lukt het om een stalling recht op de bestemming te realiseren, maar vaker kan dat niet en moet er op enige afstand worden gebouwd. En dus zijn flankerende maatregelen nodig: parkeerverboden, handhaving en routering. In toenemende mate wordt hierbij ook aandacht besteed aan de kwaliteit van de stalling zelf. Zo worden er bijvoorbeeld eisen gesteld aan lichtinval, ruimtegebruik, bewegwijzering en routering.
De gemeente Amsterdam heeft bijvoorbeeld een basisspecificatie met eisen waar de stalling minimaal aan moet voldoen qua functionaliteit en uitstraling. Volgens de recent gestopte projectmanager Fietsparkeren Auke Adema wordt daarnaast vaak per project een beeldkwaliteitsplan opgesteld met daarin nadere eisen en/of wensen over de gewenste uitstraling en bijvoorbeeld het materiaalverbruik. Ook is het mogelijk dat bij de aanbesteding wordt gekeken naar prijs en kwaliteit van de inschrijving. Zo kan een inschrijver bijvoorbeeld punten verdienen als er extra gebruiksgemak of kwaliteit wordt geleverd. In de basisspecificatie zouden ook nadere eisen kunnen worden opgenomen waarmee de stalling minimaal het niveau moet krijgen van ‘Gold’. Wat dat niveau behelst, dient dan wel helder te zijn omschreven.
Gold-status
Een Gold-status voor fietsstallingen. Een bijzondere fietsstalling wordt steeds vaker gezien als een uithangbord van de stad en trekt internationaal aandacht. Kijk bijvoorbeeld naar de grote Fietsenstalling Stationsplein in Utrecht en de Strawinskystalling in Amsterdam. Het roept ook een natuurlijke associatie op met de European Standard Parking Award van de EPA, waar naast de standard award ook een gold award is te verdienen. De vraag is wel of de kwaliteit van een fietsstalling meetbaar is, en zo ja, wat zijn dan de criteria? En is er nu al sprake van een kwaliteitscriterium? Dat blijkt deels het geval. Naast de basisspecificaties die gemeenten en ook ProRail hanteren, ligt de aandacht vooral op de kwaliteit van fietsparkeersystemen. Deze worden sinds 1999 getoetst en gecertificeerd door de Stichting FietsParkeur, een stichting waarin de Fietsersbond en de sectie Fietsparkeervoorzieningen van de Vereniging Straatmeubilair participeren. Twee keer per jaar worden systemen getest en eventueel gecertificeerd. Dit geschiedt aan de hand van een ‘Normstellend Document Fietsparkeersystemen’ door een onafhankelijk College van Deskundigen. De criteria voor toetsing volgen zowel eisen en wensen van de fietser als die van inkoper of beheerder.
Volgens Wim Bot, van de Fietsersbond en de Stichting Fietsparkeur, is de FietsParkeur uitsluitend een beoordeling op rekniveau. Onlangs is de FietsParkeur 2.0 uitgekomen, waarin eisen zijn aangescherpt en er nieuwe criteria zijn bijgekomen. Zo wordt ook aangegeven of de voorziening geschikt is voor afwijkende modellen.
Bot geeft verder aan dat er ondanks die focus op rekniveau wel degelijk is nagedacht over het opschalen van de Fietsparkeur naar het niveau van gebouwde voorzieningen. Destijds is contact gezocht met CROW en Vexpan, ook omdat er qua criteria natuurlijk relaties liggen met autoparkeergarages. Er is niet verder mee doorgegaan, omdat de kennis op dat vlak nog onvoldoende bleek. Bot merkt wel dat er de laatste tijd meer belangstelling is van bijvoorbeeld architecten die stallingen moeten bouwen en met vragen komen. En daarmee is een keurmerk zoals de ESPA voor fietsparkeerlocaties misschien wel een goed idee. De Stichting FietsParkeur is zeker bereid hierover met de Vexpan een gesprek aan te gaan. Het bestuur van Vexpan is van mening dat fietsparkeren een steeds belangrijker rol gaat spelen en dat er zeker behoefte is aan nadere kwaliteitseisen. Dit moet dan nog wel nader worden verkend.
Jacob de Vries,
redactie Vexpansie
Bekijk meer artikelen
Ontwikkelingen voor het ESPA-keurmerk voor parkeergarages
De ESPA (European Standard Parking Award) is een onderscheiding die namens de EPA (European Parking Association) wordt verstrekt.
Lees meerBewaking van vluchtwegen met behulp van tijdvertraging?
Goed en veilig beheer van parkeergarages wordt in toenemende mate op afstand gedaan. Daarbij worden ook technische hulpmiddelen voor toe-en uitgangscontrole ingezet om alleen parkeerders binnen te laten.
Lees meerNorm toegankelijkheid gebouwen in aantocht
Gebouwen, dus ook parkeergarages zouden voor iedereen, dus ook voor mensen met een beperking makkelijk toegankelijk moeten zijn. Daar lijkt nu schot in te komen door een nieuwe brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) over de voortgang van het Actieplan Toegankelijkheid voor de Bouw.
Lees meerVERVOLG uit Vexpansie nr. 1 2020 Lessen uit de instorting van een parkeergarage
Bijna gelijktijdig met het verschijnen van Vexpansie 2020 #1 werden nieuwe inzichten gepubliceerd naar aanleiding van het onderzoek naar de instorting van de parkeergarage bij Eindhoven Airport. In dit artikel wordt hierop ingegaan.
Lees meerStandpunt ‘bij brand geen lift’ ter discussie
Ruim een jaar geleden kwamen meer dan 400 gebouweigenaren, adviseurs, mensen uit de zorg en brandweermensen bij elkaar om na te denken over liftgebruik bij brand. De uitspraak ‘bij brand geen lift’ verdient heroverweging, zo vonden de meesten.
Lees meerLessen uit de instorting van een parkeergarage
Op zaterdag 27 mei 2017 bezweek op de vroege avond van een zeer warme dag een deel van een parkeergebouw in aanbouw bij Eindhoven Airport. De schade was groot maar gelukkig waren er geen slachtoffers. De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) heeft besloten om de instorting nader te onderzoeken.
Lees meer